Om te
oogsten
moet je meestal
maaien,
al gaat het bij bijvoorbeeld de
wijnoogst
wat voorzichtiger.
Tarwe
en
rogge
kun je op een minder subtiele manier
oogsten. Ook bij het
maaien van gras of onkruid kun je flink aanpakken.
Met een gewoon mes afsnijden lukt niet, een fikse haal
met een krom mes (de sikkel) gaat al beter. Maar dan ben je zelf ook krom,
vóór de hele akker of weiland gedaan is. Daarom is een
gebogen mes aan een lange steel bevestigd. Dat is de
zeis, hèt
gereedschap voor het maaien.
Hiervoor moet de zeis vlijmscherp zijn, het is dan ook een gevaarlijk stuk
boerengereedschap.
Het slijpen heet 'wetten', voor dat scherpen wordt een 'strekel'
gebruikt, een langwerpige slijpsteen of,
goedkoper, een plankje waarop scherp zand is gelijmd.
De boer draagt die in een
gordel
om zijn buik.
In de 20e eeuw verving de
maaimachine
de zeis.
Tekst: Jean Penders (01-2007). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Evert van Veldhuizen