De
nok
van een met
pannen
belegd
dak
kan met
lood
afgewerkt zijn, maar meestal vinden we hier
vorstpannen.
Liggen deze als rij achter elkaar, dan zijn het gewone vorstpannen. Ze trekken zich niets aan van het
lijnspel van het pannendak. Af en toe zien we vorstpannen die keurig aansluiten bij de
verticale rijen van de pannen; ze zijn als een zadel over de nok gehangen. Daartoe zijn deze
vorstpannen V-vormig en ze hebben dezelfde breedte als de dakpannen.
Met een
voetsluiting
grijpt de zadelvorst in de
kopsluiting
van de onderliggende pan. Dat lukt prima op beide
dakschilden.
Maar de
zijsluiting
zou aan één kant tegengesteld gericht moeten zijn, want de bijbehorende machinale pannen zijn rechtsdekkend.
De wel zou dan op de nok moeten 'oversteken'. Dat wordt zelfs de stempelpers van de steenfabriek te gortig:
op één van de dakvlakken zit de
wel
van de zadelvorst daarom aan de verkeerde kant.
Tekst: Jean Penders (03-2009). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders