Een
stucplafond,
dat de vorm van een
gewelf
heeft, is geen echt, maar een
schijngewelf.
Het is immers niet
gemetseld
en kan geen drukkrachten verdragen.
De voordelen zijn simpel: het stucgewelf is een heel lichte constructie
en belast de muren dus nauwelijks. Bij gebrek aan onderhoud valt het
stucgewelf wel door de mand. Op de witkalk of in de
gewelfschildering
gaan zich dan de latten aftekenen, waarop de
stuclaag is aangebracht. Gaat het verval verder,
dan valt er al snel hier en daar een gat in het
stucwerk.
Een lekkage is al snel desastreus voor een stucgewelf.
Het kan niet, zoals een stenen gewelf, tegen een stootje.
Tekst: Jean Penders, 01-2006. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders