Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Streefpijler

Een streefpijler kan een pijler zijn, maar meestal is het een steunbeer die het zware werk doet. Het gaat om het dragen van het gewicht van het gewelf, dat via een luchtboog naar de grond geleid moet worden.
Ingewikkeld? Valt wel mee. Wanneer we kijken naar de doorsnede van een grote gotische kerk, dan zien we dat de gewelven rusten tegen de zijmuren van de lichtbeuk. Deze dreigen daardoor naar buiten geduwd te worden. Aan de buitenkant wordt tegendruk gegeven door een luchtboog, die de muur precies even hard naar binnen drukt. Dat luistert heel nauw. De luchtboog zet zich schrap tegen de luchtboogstoel, die oprijst boven het dak van de zijbeuk. Die zware massa, nog extra verzwaard door pinakels, moet ergens op staan. Dat is de streefpijler. Heeft de kerk aan iedere kant één zijbeuk, dan staat de luchtboogstoel op een steunbeer. Alleen wanneer er twee zijbeuken aan iedere kant zijn en twee luchtbogen in elkaars verlengde, dan staat de tussengeplaatste luchtboogstoel op de pijler, die tussen de twee zijbeuken staat.
Kortom, we noemen zowel deze pijler als een steunbeer die een luchtboogstoel draagt een 'streefpijler'.

Tekst: Jean Penders (03-2011). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders