Klik hier voor grote afbeelding (met gegevens)
Randslag

Nadat een blok natuursteen min of meer op maat is gehakt, wordt eerst de randslag gelegd, waardoor de gewenste afmetingen van de steen precies vastgelegd worden. Met een brede beitel, het bordijzer, wordt een keurige rechte hoek tussen het te werken vlak en de zijkant van het blok gehakt. De randslag is een rij streepjes; die staan haaks op de rand van het blok om te voorkomen dat er verkeerde splinters af vliegen. De breedte is één tot anderhalve duim.
Daarna wordt de rest vlak gemaakt. Zie je heel veel putjes gegroepeerd in blokjes, dan is de steen gebouchardeerd. Een onregelmatig patroon verraadt het spitsen met een puntijzer. Is het blok gefrijnd, of gescharreerd dan zie je rijen lange streepjes.
De randslag hoort dus bij de sporen die de steenhouwer op de natuursteen achterlaat en die zijn vaardigheid bewijzen. Maar wanneer nieuwe blokken heel erg vlak zijn, mag daaruit geen toename van het vakmanschap geconcludeerd worden: de meeste natuursteen wordt machinaal gezaagd. Daarna wordt soms voor de sier een randslag gelegd om de indruk te wekken dat het allemaal echt handwerk is.

Tekst: Jean Penders (03-2010). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders