'Monstrans' is Latijn voor een voorwerp dat bedoeld om iets te tonen.
Het gaat dan om kleine, belangrijke zaken. De Katholieke kerk kent monstransen
voor de
'
Heilige Reserve'
(de hostie na de
eucharistie)
en voor
relieken,
beide een verhaal apart.
Het tonen van de monstrans kan op een vaste plaats in de kerk gebeuren,
zoals in een
sacramentshuisje.
Het beste komt de bedoeling tot uitdrukking bij een
processie,
wanneer een priester met opgeheven monstrans het middelpunt van deze feestelijke stoet vormt.
Zoals de
sacramentsnis
uitgroeide tot een
sacramentstoren,
zo hebben rijke monstransen de
vorm van een
torenmonstrans.
Kunsthistorisch gezien heeft de voet van de monstrans eenzelfde ontwikkeling doorgemaakt als bijvoorbeeld de
voet van de kelk.
Wanneer de monstrans een hostie bevat, steekt deze in een maanvormig houdertje, de
lunula.
Tekst: Jean Penders (03-2009). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders