De romantiek, die aan het eind van de 19e en in het
begin van de 20e eeuw in de mode was, leverde veel quasi-natuurlijke
verschijnselen op. Het landleven in de bergen werd geïmiteerd in de
chaletstijl.
En dankzij de
cement-rustiek
kon bijvoorbeeld een stevig betonnen
stadsurinoir het landelijke uiterlijk van een
houten schuurtje krijgen. Aan de bovenzijde werd soms een
vorstkam
toegevoegd,
die wel uit
boomstammetjes
opgebouwd leek.
De plaats bij uitstek om te experimenteren met deze nieuwe vormen en materialen was het
park.
Er verschenen complete rotspartijen met grotten en een
waterval
die uitkwam op een kronkelige
vijver.
Natuurlijk hoorden daar aardige
bruggetjes
bij, en ook hier leverde de cement-rustiek fraaie mogelijkheden.
Werden deze bruggen soms van echte boomstammetjes gebouwd, 'knuppels' dus,
namaak was minder duur in onderhoud. Vandaar dat de knuppelbrug haast
steeds van dergelijke met gaas versterkte
cementen
opengewerkte borstweringen
in de vorm van knuppels voorzien is.
Tekst: Jean Penders (12-2006). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders