Iedereen noemt het een dakkapel, maar officieel is een dakvenster een vertikaal uit het
dakschild
oprijzend
daklicht
dat met het
venster
min of meer in hetzelfde vlak ligt als de
gevel. De echte
'
dakkapel' ligt los in het dakschild, er liggen in dat geval dus wel
dakpannen
tussen het venster en de
goot.
Wanneer een stenen dakvenster niet door een goot van de gevel gescheiden is, heet deze een
Vlaamse gevel.
In de praktijk wordt als verzamelbegrip voor alle daklichten met een vertikaal venster 'dakkapel' gebruikt. Het dakje er op kan diverse vormen hebben, het kan bijvoorbeeld
plat dakje
zijn of een
driezijdig beëindigd schilddakje.
Wanneer de voorzijde recht is, zoals bij een
zadeldakje, kan een fraai
fronton
aangebracht worden. Nog rijker is de dakkapel die voorzien is van gesneden zijvleugels.
Een enkele keer doorbreekt de
onderdorpel van een dakvenster de dakgoot.
Dit '
verlaagde dakvenster'
is in feite de combinatie van een dakvenster en een
zoldervenster.
Tekst: Jean Penders (03-2005). Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders