Bij een atrium denken we meestal aan een
vroeg-christelijke kerk.
Vóór de
basiliek
ligt vaak een door
colonnades
omgeven plein. In het midden staat dan liefst een fontein of wasbekken, de
cantharus.
Het doet denken aan de
kloostergang
die vaak naast een middeleeuwse kerk ligt. Die dient voor de geestelijken als verbinding
tussen hun gebouwen.
Het atrium is echter de monumentale toegang tot de kerk, voor iedereen.
Hoewel ook
romaanse kerken
soms nog een atrium hadden, zoals de
romaanse Dom van Utrecht,
is de
monumentale ontvangstruimte, zeker in noordelijker streken, tegen die tijd vaak naar binnen verplaatst in de vorm van een
narthex.
Het portaal dat de toegang tot het atrium vormt, kan de vorm van een
protiro
hebben.
Wanneer er niet genoeg plaats (of geld) is voor een atrium, staat er soms alleen langs de
frontgevel van de kerk een colonnade; dat is een
portico.
De oorsprong van het atrium ligt vermoedelijk in het
atrium van het klassieke Romeinse huis.
Die ruimte ligt echter midden in het gebouw en is voor een groter deel overdekt.
Tekst: Jean Penders (11-2010). Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders