Een
boog
is opgebouwd uit
boogstenen.
Die kunnen allemaal (min of meer) gelijk zijn,
maar op drie plaatsen geeft de constructie aanleiding tot een bijzonder element.
Om te beginnen: de
sluitsteen.
Daar sluit de boog en de boogstenen moeten daar precies passen.
Door hier een afwijkende steen te plaatsen, liefst een blok
natuursteen,
kunnen afwijkingen subtiel opgevangen worden.
Dat blok geeft vaak aanleiding tot versiering.
Ook bij de
geboorte
van de boog is de situatie bijzonder. Bij een
rondboog
is de aansluiting op de
dagkanten
niet zo gecompliceerd als bij, bijvoorbeeld, een
korfboog.
Ook hier is een apart vormgegeven blok natuursteen een handige en tevens fraaie oplossing:
dat is de
aanzetsteen.
In een
bakstenen
boog geven sluit- en aanzetstenen van natuursteen (of een imitatie daarvan)
een geliefd accent. In een geheel natuurstenen boog kunnen deze stenen
geaccentueerd worden door ze van een
diamantkop
of andere versiering te voorzien.
Soms wordt tussen de sluit- en aanzetstenen nog een boogsteen van natuursteen geplaatst omwille van het beeld.
Ook op andere plaatsen komt een aanzetsteen voor, zoals bijvoorbeeld bij een
gewelf of een
topgevel.
Tekst: Jean Penders, 12-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Afbeelding: Jean Penders