Niet ieder
dak
dat met
leien
belegd is, ziet er hetzelfde uit.
De dekking
is een van de voorbeelden van regionale verschillen:
in het stroomgebied van de
Maas
komt vooral maasdekking voor, in dat van de
Rijn
de
rijndekking.
In het laatste geval zie je de onderkant van de leien omhoog kruipen als een schuine lijn.
Bij de maasdekking zie je horizontale lijnen.
Een belangrijk gevolg van het gewoon naast elkaar leggen van de leien is het gewicht van het dak.
Dat klinkt nogal onwaarschijnlijk, maar een maasdak is veel zwaarder dan een rijndak.
Wanneer twee leien naast elkaar liggen, kan de regen door het spleetje ertussen het
dakbeschot
bereiken.
Daarom is een maasdak altijd een dubbele dekking: de bovenliggende rij leien overlapt de
vorige zoveel dat het spleetje afgedekt is.
Op dezelfde manier zijn ook
daktegels
gelegd, maar omdat je die niet in rijndekking kunt leggen,
spreken we ook niet van maasdekking voor daktegels.
Tekst: Jean Penders, 08-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders