In de christelijke kunst komen heel veel engelen voor,
maar met al die afbeeldingen is er iets heel erg mis. Hoe mooi de plaatjes ook zijn,
ze kloppen niet, want engelen zijn onzichtbaar.
De engelen zijn niet allemaal gelijk. Het hoogst in rang zijn de serafijnen, dan komen de
cherubijnen, vervolgens de aartsengelen en dan de gewone engelen. En hier moeten we ook de
foute engelen vermelden:
de
duivels
zijn gevallen engelen.
In de beeldende kunst verschijnt de engel eerst als een ongevleugelde
man (2e helft van de 3e eeuw). In de 4e eeuw raakt hij zijn geslacht kwijt, maar hij krijgt wel vleugels,
en zo blijft hij bij ons. Bijvoorbeeld als engelbewaarder.
In veel café's zijn als versiering
gevleugelde engelenkopjes te zien, kennelijk zijn deze
cherubijnenkopjes
heel romantisch.
Ook lieflijk zijn de
putti:
engelachtige blote kinderen.
De engel kan ook een speciale betekenis hebben, bijvoorbeeld als
evangelistensymbool.
Tekst: Jean Penders, 09-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders